Personen aan wie volgens wet of testament (een deel van) de erfenis wordt nagelaten door de overledene (erflater). Volgens de wet zijn er vier groepen erfgenamen: 1. partner, kinderen en/of hun afstammelingen 2. ouders, broer en zussen en hun afstammelingen 3. grootouders met hun (klein)kinderen; ooms, tantes, neefjes en nichtjes 4. overgrootouders met hun afstammelingen