De regering wil een balans aanbrengen tussen enerzijds de behoefte aan flexibiliteit van de uitzendwerkgever en anderzijds de behoefte aan zekerheid van de uitzendwerknemer.

Het uitzendbeding in de huidige situatie

In de wet is geregeld dat een overeenkomst tussen het uitzendbureau en de uitzendkracht gedurende de eerste 26 weken waarin de uitzendkracht werkzaam is van rechtswege (automatisch) eindigt op het moment dat de terbeschikkingstelling op verzoek van de inlener eindigt, het zogenaamde uitzendbeding.

Echter, bij CAO kan onbeperkt ten nadele van de werknemer van die 26-wekentermijn worden afgeweken. Maar dat gaat veranderen.

Afwijkingsmogelijkheid wordt beperkt

In de huidige situatie verkeren uitzendkrachten soms langdurig in onzekerheid over hun inkomenspositie. Daarom wordt in het wetsvoorstel de afwijkingsmogelijkheid bij CAO van het uitzendbeding begrensd tot maximaal 78 weken.

Na die termijn krijgen uitzendkrachten aanspraak op een tijdelijk contract en de bijbehorende grotere inkomenszekerheid.

In het volgende bericht komt de zogenaamde 'aanzegtermijn' bij contracten voor bepaalde tijd aan de orde.

Wordt vervolgd....


Meer informatie?

Heeft u vragen over dit artikel, neem gerust contact op met een van de arbeidsrechtspecialisten.