Bron: KOV Maandblad december 2015.
Zo langzamerhand dringt het besef door dat het nieuwe ontslagrecht niet zo soepel is als het door de regering werd gepresenteerd. Het goede nieuws is dat de wet een vergoeding bepaalt voor een werknemer die terecht is ontslagen en dat die vergoeding veel minder hoog is dan de kantonrechtersformule. Het slechte nieuws is dat het in veel gevallen nog maar de vraag is of een werkgever een geldige reden voor ontslag hard kan maken.

Waardoor het ontslag niet doorgaat of in onderling overleg meer moet worden betaald. Ook het procesrisico speelt daarbij een rol. Werkgevers en vooral ook werknemers kunnen namelijk vanaf 1 juli jl. van een uitspraak van de rechter, waarin deze het ontslag heeft goedgekeurd, in hoger beroep bij het Gerechtshof gaan. En daarna zelfs nog in cassatie bij de Hoge Raad. Dat kost tijd, geld en energie en houdt de onzekerheid in stand.

In mijn advocatenpraktijk komen hierdoor communicatie-, beïnvloedings- en onderhandelingstechnieken nog beter dan vroeger van pas. Dat geldt met name ook voor zieke werknemers, wanneer een werkgever die collega’s wil ontslaan op grond van bedrijfseconomische redenen.