Een stage of traineeship is vaak een ideale manier om potentiële medewerkers in uw organisatie mee te laten draaien en hun talent verder te ontdekken en ontwikkelen. Maar als het te veel op werken gaat lijken is behoedzaamheid geboden. Zo blijkt uit deze recente uitspraak van de Rechtbank Den Haag, waarin de vordering van de ‘stagiaire’ tot betaling van het minimumloon werd toegewezen. Volgens de rechter bestond er tussen de stagiaire – trainee genoemd - en het stagebedrijf wel degelijk een arbeidsovereenkomst in plaats van een stageovereenkomst. Waar moet u als werkgever op letten als u een stageovereenkomst aangaat?

Wanneer is er sprake van een arbeidsovereenkomst?

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst als een arbeidskracht:

  1. verplicht is om persoonlijke arbeid te verrichten (arbeid),
  2. in dienst is van de werkverschaffer (gezag),
  3. arbeid verricht tegen betaling van loon (loon).

Wanneer is er sprake van een stageovereenkomst?

Bij stageovereenkomsten ontbreekt in de regel het element ‘arbeid’. Volgens de Hoge Raad is er geen sprake van ‘arbeid’ als de werkzaamheden van de stagiair naar de bedoeling van partijen zozeer zijn gericht op het uitbreiden van eigen kennis en ervaring van de stagiaire, mede met het oog op de voltooiing van zijn opleiding, dat van een overeenkomst waarbij de ene partij zich verbindt voor de andere arbeid te verrichten niet kan worden gesproken.

Praktijktoets: arbeidsovereenkomst of niet? – Twee stappen

Heeft u twijfels of er toch sprake is van een arbeidsovereenkomst? Dan kunt u zich afvragen of de overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de wettelijke omschrijving van de arbeidsovereenkomst.

De Hoge Raad heeft duidelijk gemaakt dat er hierbij twee stappen zijn te onderscheiden:

  1. De vraag welke rechten en verplichtingen partijen zijn overeengekomen; ofwel wat hebben partijen nu met elkaar afgesproken (de uitlegvraag);
  2. De vraag of die overeenkomst de kenmerken heeft van een arbeidsovereenkomst (kwalificatievraag).

Bij stap 2 speelt de bedoeling van partijen geen rol, zo heeft de Hoge Raad verduidelijkt. De rechtsverhouding tussen partijen valt eenvoudigweg wel of niet onder de wettelijke definitie voor de arbeidsovereenkomst.

Stap 1: de uitlegvraag; Wat hebben partijen afgesproken?

Bij de beantwoording van de eerste vraag – wat is er nu afgesproken? - gaat het niet alleen om de tekst van de overeenkomst, maar ook om “de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.”

Bij het vaststellen van de inhoud van de afspraken is ook van belang hoe “partijen feitelijk aan de overeenkomst uitvoering hebben gegeven en daaraan inhoud hebben gegeven.”

Dit zijn natuurlijk omstandigheden, waar partijen invloed op uit kunnen oefenen, afhankelijk van hun wensen en ‘bedoeling’.

Stap 2: de kwalificatievraag; Vormen die afspraken een arbeidsovereenkomst?

Maar als het geheel van afspraken voldoet aan de vereisten voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst, kunnen partijen niet met elkaar bepalen dat het toch geen arbeidsovereenkomst is. Bijvoorbeeld door het contract te betitelen als een overeenkomst van opdracht of als een stageovereenkomst. Of door op te schrijven dat partijen niet beogen een arbeidsovereenkomst te sluiten.

Terug naar de Rechtbank Den Haag: de stagiaire bleek toch een werknemer

Dat bleek ook maar in de zaak waar de Rechtbank Den Haag over oordeelde. Het tussen de partijen gesloten ‘Heroes Traineeship Contract’ bleek toch een arbeidsovereenkomst.

De rechter woog in dat oordeel mee dat de stagiaire niet werkzaam was in het kader van een door hem gevolgde opleiding en dat de werkgever wel degelijk een eigen doel nastreefde, namelijk het klaarstomen van de werknemer/stagiaire om na zijn traineeship als werknemer inzetbaar te zijn.

Bovendien zou de volledige stagevergoeding (loon) terugbetaald moeten worden als de stagiaire een na zijn stage aan te bieden arbeidsovereenkomst zou weigeren. De kantonrechter leidde daaruit af dat het traineeship (de stage) niet enkel was gericht op de professionele ontwikkeling van de trainee (stagiaire), maar er wel degelijk een bijdrage werd geleverd aan het primaire doel van de onderneming. Er was dus sprake van arbeid in de zin van de wet op de arbeidsovereenkomst.

Kortom, volgens de kantonrechter kwalificeerde het geheel aan afspraken – mede in het licht van de feitelijke uitvoering daarvan – als een arbeidsovereenkomst. De vordering van de stagiaire tot betaling van het minimumloon werd toegewezen.

Lessen voor werkgevers

Voor u als werkgever is het van belang om steeds stil te blijven staan bij de vraag of gemaakte afspraken niet stiekem toch kwalificeren als een arbeidsovereenkomst. De benaming boven een contract is daarbij in ieder geval niet bepalend.

Meer weten over het werken met stagiaires en trainees of het opstellen van een stageovereenkomst?

Heeft u vragen over het werken met stagiaires of trainees of over het opstellen van een stageovereenkomst? Neem gerust contact op met mij of een van de andere arbeidsrechtsadvocaten van RWV. We helpen u graag.