Update: Werktijdverkorting werd met ingang van 17 maart 2020, om 18:45 uur, per direct ingetrokken. Daarvoor is het Noodfonds Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) in de plaats gekomen.

Het coronavirus is het gesprek van de dag. Er is officieel sprake van een pandemie en verschillende landen, waaronder Nederland, nemen drastische maatregelen om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan. Het coronavirus heeft grote gevolgen voor de economische bedrijvigheid. U vraagt zich als werkgever waarschijnlijk af hoe u met het virus moet omgaan. In dit artikel stippen wij enkele belangrijke onderwerpen aan.  

Mogelijk komt u in aanmerking voor werktijdverkorting

Als u als werkgever gedurende minimaal twee en maximaal 24 weken ten minste twintig procent van uw arbeidscapaciteit niet kan of naar verwachting niet zal kunnen benutten, kunt u een vergunning voor werktijdverkorting aanvragen bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dit kunt u online doen.

Werktijdverkorting is een wettelijke uitzondering op het beginsel dat u als werkgever niet eenzijdig de werktijd van uw personeel mag verminderen. Soms vermindert de bedrijvigheid echter door buitengewone omstandigheden, die in redelijkheid niet tot het normale ondernemersrisico kunnen worden gerekend. Werkvermindering als gevolg van het coronavirus is een dergelijke buitengewone omstandigheid.

Werktijdverkorting is een tijdelijke maatregel en wordt toegekend voor een periode van zes weken, met de mogelijkheid van verlenging van maximaal drie keer zes weken.

U vraagt na afloop van iedere vergunningsperiode van zes weken bij het UWV voor iedere werknemer die minder is gaan werken een tijdelijke WW-uitkering aan. De werknemer moet voldoen aan de reguliere eisen van de Werkloosheidswet, wat bijvoorbeeld betekent dat er sprake moet zijn van een urenverlies van minimaal vijf uur of de helft van de gebruikelijke arbeidsomvang per week. De uitkering die u voor uw werknemers ontvangt, verrekent u met het doorbetaalde salaris. Op die manier worden uw loonkosten dus lager. 

Het uitgangspunt dat door de overheid wordt gehanteerd is dus dat de werknemers ook tijdens de vergunningsperiode recht hebben op hun volledige loon.

Het bedrag dat door het UWV wordt gecompenseerd bedraagt de eerste twee maanden 75% van het loon en daarna 70%. Het restant is voor rekening van de werkgever. Verdient de werknemer meer dan het maximum dagloon dan is dat deel ook voor rekening van de werkgever.

Bij het uitgangspunt dat de werknemers ook tijdens de vergunningsperiode recht hebben op hun volledige loon valt echter een belangrijke kanttekening te maken.

In de sinds 1 januari 2020 geldende Regeling onwerkbaar weer staat namelijk u als werkgever tijdens werktijdverkorting bent vrijgesteld van de loondoorbetalingsplicht. 

U kunt zich als werkgever dus op het standpunt stellen dat er géén loondoorbetalingsplicht bestaat tijdens werktijdverkorting. Dit is echter niet wat de overheid met deze regelgeving heeft beoogd, al is het maar omdat de werknemers hierdoor direct in financiële problemen kunnen geraken. Onze verwachting is dat er nog reparatiewetgeving volgt, danwel in de rechtspraak zal worden geoordeeld dat het geheel niet betalen van loon in strijd is met het goed werkgeverschap.

Een praktische tussenoplossing kan zijn om aan de werknemers voor wie een vergunning wordt verkregen vanaf de dag waarop de vergunning ingaat 75%/70% van het loon c.q. het maximum dagloon te betalen en daarbij te vermelden dat het een voorschot op de WW-uitkering betreft. De betreffende werknemers zitten dan niet zonder inkomen en mocht later uit jurisprudentie of berichten vanuit de overheid blijken dat er inderdaad geen loonbetalingsverplichting is, dan heeft u als werkgever niet onverschuldigd teveel loon betaald.
 

Hoe zit het met de loondoorbetalingsplicht?

Een werknemer die besmet is met het coronavirus, is ziek en heeft volgens de gebruikelijke in uw bedrijf geldende regels recht op doorbetaling van zijn salaris.

Het RIVM heeft geadviseerd om niet te gaan werken bij verkoudheidsklachten of verhoging. Als het een werknemer van uw onderneming betreft, kan deze werknemer niet naar het werk komen. Uw werknemer heeft recht op doorbetaling van zijn salaris. Voor zover mogelijk, dient uw werknemer vanuit huis te werken.

Het recht op doorbetaling van salaris kan onder druk komen te staan als een werknemer besluit af te reizen naar een gebied waarvoor een negatief reisadvies geldt, en vervolgens in quarantaine moet. Het loon hoeft namelijk niet te worden doorbetaald, als de oorzaak voor het niet werken in redelijkheid voor rekening van de werknemer behoort te komen. Geef van tevoren duidelijk bij de werknemer aan dat als hij besluit toch af te reizen, hij niet zal worden doorbetaald als hij in quarantaine moet.

Tot slot kan het voorkomen dat een werknemer bang is om besmet te worden door collega’s of klanten. Als werkgever kunt u aangeven dat deze werknemer toch moet komen werken en dat sprake is van werkweigering als de werknemer besluit om niet te komen. In overleg kunnen eventueel afspraken worden gemaakt over thuiswerken, het opnemen van vakantiedagen of het nemen van onbetaald verlof.   

Werkgeversadvies ArboNed

ArboNed heeft op 3 maart 2020 een Werkgeversadvies coronavirus gepubliceerd, waarin verschillende maatregelen worden geadviseerd aan werkgevers, zoals maatregelen op het gebied van hygiëne, contact met anderen, thuiswerken, en hoe om te gaan met een werknemer die mogelijk besmet is met het virus. 

Wilt u meer weten over werktijdvermindering of de doorbetalingsplicht?

Of heeft u andere vragen over het coronavirus in relatie tot uw onderneming en uw personeel? Neem dan gerust contact op met mij of één van de andere arbeidsrechtadvocaten. Of leg uw vraag voor aan onze Coronavirus Helpdesk. We zijn u graag van dienst.